Nijmegen,
6543

024 3774597
info@jjmensink.nl

Artikelindex

Algemene informatie: Vanaf Basel is de Rijn 180 km. gekanaliseerd, Canal d' Alcsace, en daarin zijn opgenomen 10 sluizen. De stroomsnelheid is gemiddeld 5 km. per uur. De ene oever, voor ons links-stroomafwaarts, is Frans de andere over is Duits op 8 bovenste sluizen wappert de Franse vlag maar men spreekt goed Duits, de laatste 2 sluizen zijn vermoedelijk Duits, via de marifoon reageren ze niet op een aanmelding in het Frans wel in het Duits. De scheepvaart is vrij rustig, herkenbaar is enige drukte wanneer er een sluis leeg komt maar we hebben er veel kilometers gevaren op de stuurautomaat. Na de laatste sluis (Iffezheim) krijgt de Rijn vrij baan en stroomt tot Mannheim gemiddeld 8 km. per uur en is daar ook nog vrij smal.

Door de havenmeesteres van Niffer worden we verwezen naar een motorboot met Engelsen die de volgende ochtend de Rijn opgaan. In het gesprek met hen blijkt dat zij een paar kopieën hebben van pagina's uit een heel dik en duur boekwerk. Maar alleen van de eerste 160 km. Voorlopig vinden we dat genoeg en gaan de volgende ochtend samen met hen op pad om 13.30 uur zijn we al 40 km verder en 4 sluizen, met de 5 km stroom mee varen we gemiddeld 15 km per uur. We doen inkopen in Breisach en vullen de dieseltank. We hebben nog tijd om nog heel wat kilometertjes en een paar sluizen te pakken, we moeten nog 6 sluizen voordat de Rijn vrijuit kan gaan. Maar het haventje is klein en heel fraai gelegen met heel vriendelijke leden van de vereniging. 's Avonds drinken we nog gezellig met een aantal een flinke pul koud bier op het terras waar het dan zeer goed toeven is. De volgende dag zetten we vanaf 8.30 uur de sokken er in maar de eerste sluis wil niet echt meewerken, via de marifoon laat men weten dat wij langzaam moeten varen dan maken zij de kleine sluis voor ons klaar, dat langzaam varen duurt uiteindelijk 1 uur, gelukkig gaan de overige sluizen lekker snel we zijn dan inmiddels met 3 plezierboten en dan werken de sluizen sneller ook voor de pleziervaart. Uiteindelijk kunnen we met het dagresultaat tevreden zijn 90 km en 5 sluizen in 9.5 uur waarvan 3.5 uur voor het sluizen. We vinden een plaatsje bij een kleine jachthaven waar geen beheerder is te vinden , dus dat wordt een gratis nachtje. Het barst er wel van de muggen die ons letterlijk opvreten we sluiten de openingen af met vitrage en haan noodgedwongen binnen zitten. Veel planning kunnen we ook niet maken, we hebben geen goede informatie over de vaarweg, we weten dat we nog 1 sluis krijgen over 20 km en daarna moeten we maar zien. Dit geeft toch wel een "unheimisch" gevoel, als we de volgende ochtend de laatste sluis verlaten waar we ook een oponthoud hadden van 1 uur vanwege storing aan de sluis, en meteen een politieboot zien die aandacht de schepen volgt. Ons vriendelijk zwaaien is blijkbaar voldoende, we knijpen hem wel - geen kaart en een ondeugdelijke marifoon.Voorlopig stormen we naar beneden, de Rijn die nu voor het eerst vrij spel heeft stroomt hier met minstens 8 km. per uur, we moeten er niet aandenken daar tegenop te moeten varen. We varen door een bosachtige omgeving met af en toe een stad waar we de naam niet van kennen gezien het ontbreken van vaarinformatie. Op een globaal kaartje hebben we de namen gelezen van Ludwigshafen en Mannhein, heet woord zegt het al de haven van Ludwig daar zal voor ons ook wel een plaatsje zijn. Uiteindelijk vinden we die 120 km na de start van vanochtend in Sandhofen een dorpje bij Mannheim, overigens zien we onderweg diverse haventjes in zij-armen of grintgaten dus daar maken we ons minder zorgen om. 's Avonds horen we via de wereldomroep de voetbalwedstrijd Portugal - Nederland, het geluk van Nederland is op en zij verliezen, naar we horen, terecht van Portugal, de glimlach bij de Duitse waterpolitie die ons de volgende ochtend, net na het verlaten van het haventje, ter controle aanhouden daar "vielleicht" mee te maken. Volstrekt tegen onze verwachting in, vinden ze dat we de zaken voldoende op orde hebben, ze hebben net als de Fransen, ons indrukwekkende mapje met gestempelde papieren bekeken en dat was in "ordnung", gute reise naar Nimwegen en wij zijn zeer opgelucht. De Rijn is hier breder en daalt minder waardoor de stroom terug loopt tot 5 km. per uur, desondanks maken flinke vorderingen maar bij Mainz slaat het noodlot toe, vervuiling van de diesel, dat leidt er uiteindelijk toe dat José aan het roer staat en Jan zo om de ongeveer 5 minuten de draaiende motor aan het ontluchten is om deze gaande te houden. We stoppen bij diverse kleien haventjes waar we overal vriendelijk ontvangen worden en men behulpzaam is, het lukt om een nieuw fijn filter te kopen maar dat leidt niet tot verbetering. Uiteindelijk belanden we in het jachthaventje van Ingelheim waar we zeer goed ontvangen worden, geweldig hoe behulpzaam men is, we mogen er gratis liggen, zonodig meerdere dagen, we mogen gebruik maken van douches, stroom etc. en krijgen een sleutel van het toegangshek en het telefoonnummer van de havenmeester als er nog problemen zijn kunnen we hem bellen. Na  zo'n frustrerende middag is dit welkom als balsem op een wonde. Jan loopt het hele leidingsysteem van de brandstof na, draait klemmen aan laat de leiding nog eens flink doorpompen. Bij een proefvaart ondervinden we geen problemen meer en gaan de volgende ochtend vrijdag 2 juli weer op pad om wellicht het mooiste gedeelte van de Rijn te bevaren tussen Rudesheim en Koblenz met de Lorelei als meest herkenbare plek. Het is er smal en het stroomt hard, gelukkig hebben we weinig scheepvaart die ons achter opkomen, wel veel tegemoetkomend verkeer waar we vaak voor koeten uitwijken om dat men de "verkeerde" wal, binnenbocht wil houden. De cruiseschepen, die er veel zijn, verwachten daarin wel een grote souplesse van ons door op het allerlaatste moment het blauwe bord van de verkeerde wal zichtbaar te maken. Helaas dreigen er letterlijk en figuurlijk donkere wolken boven de Rijn en staan we, voor een niet te lange tijd, in de stromende regen. Als de zon weer doorkomt geeft de brandstoftoevoer opnieuw problemen en ziet Jan de laatste 15 km. naar Koblenz meer van het motorruim dan van de omgeving. Bij Koblenz is het genoeg geweest en draaien we het eerste zijkanaaltje in, dit blijkt de Lahn te zijn en in de monding daarvan is een afmeermogelijkheid bij een soort caféboot met een lange steiger waar ook nog een plaatsje voor ons is. De bejaarde beheerders hebben alle begrip voor onze problemen en zijn van harte bereid om mee te denken aan oplossingen, ook hier weer een grote gastvrijheid, we mogen net zolang blijven liggen tot we de problemen opgelost hebben. Maar in de directe nabijheid vinden we geen adres wat ons verder van dienst kan zijn, van hen krijgen we een adres 10 km. verder aan de Moezel. Na deze gebeld te hebben, blijken zij over de juiste filters te beschikken en denken we daar het probleem mee op te lossen. Dat die 10 km geen plezierreis wordt spreekt voor zich, we moeten ook nog een sluis door, maar het lukt en het bedrijf levert de juiste filters en we kunnen de nacht doorbrengen aan hun steiger. Nadat Jan de filters vervangen heeft en José de boel weer schoon gemaakt heeft maken we nog dankbaar gebruik van de douches en kunnen we de volgende dag weer fris op stap. Van onze eventuele plannen om bij de grote plaatsen nog wat tijd te nemen komt niets terecht we zijn vooral druk met het varen en de frustratie die dat de afgelopen dagen gegeven heeft. Als we de volgende dag, zaterdag 3 juli, de Moezel weer willen verlaten, dienen de bekende problemen zich weer aan, Jan voelt ervoor om op de Moezel te blijven en in alle rust nog eens opzoek te gaan naar de oorzaak nu blijkt dat de nieuwe filters geen effect hebben, José wil liever doorvaren met de hoop dat het beter gaat omdat er gisteren ook, bij een lager toerental, minder problemen waren. We gaan dan toch maar de sluis van Moesel naar Rijn in, tot onze verassing horen we dat we sluisgeld moeten betalen € 4,50, gisteren vonden we het al merkwaardig dat de sluismeesters zolang wachten met het groene licht terwijl er ook een politieboot in de sluis lag. Men heeft blijkbaar getracht, op een indirecte manier, ons duidelijk te maken dat we naar het kantoor moesten komen om te betalen, we zijn onwetend en niet betalend weg gevaren. Na de sluis vinden we inderdaad een toerental dat geen problemen lijkt te geven, het gaat wel langzamer maar dat hebben we er  graag voor over maar ook aan deze vreugde komt na een uur een eind en beginnen dezelfde problemen. Jan had de vorige dagen met een kopje de diesel zoveel mogelijk opgevangen die bij het ontluchten vrij komt, dat kopje werd dan weer leeg gegoten in een plastic fles die in de kuip stond, alle met kranten eronder om de vette zooi een beetje tegen te gaan. Bij het bedrijf waar we de afgelopen nacht hebben gelegen vond hij een legen 2 liter oliekan deze is zodanig geprepareerd dat die in de motorruimte kan blijven hangen en direct gebruik kan worden om de overtollige diesel op te vangen. Het blijft een ontzettend vervelend karwei maar het scheelt een stuk, maar na een half uur krijgt de stuurvrouw de opdracht om de eerste de beste haven in te draaien om dat Jan zo niet verder wil. Zij doet dit dan ook en vinden we een plekje in een industriehaven waar op de zaterdag geen activiteiten zijn, nu de ellende meer dan genoeg is, is de redding nabij. Jan komt op het idee om de fa. Drinkwaard in Schiedam, waar ze dezelfde motoren bouwen, te bellen en hun om advies te vragen. Gelukkig hebben we nog een oude Waterkampioen waar hun telefoonnummer in staat, de service, toen  we er voor de vakantie een nieuwe uitlaat gekocht hebben, bestaat nog. Na een half uur mochten we terug bellen en zou een monteur ons te woord staan, deze deed dat uitstekend, hij stelde ons vooral gerust. Alle mogelijke kwalen die we bedacht hadden, zoals; een kapotte brandstofpomp, een bacterie in de diesel, kapotte verstuivers etc. bracht hij terug naar de realiteit van, als ontluchten werkt dan is er sprake van lucht in de leiding en ga zorgvuldig de helle leiding na vanaf de tank. Alle andere opties zijn niet uitgesloten maar eenvoudig te controleren, zet een jerrycan diesel in de kuip, hang daar de toevoer slang in en sluit deze direct aan op de motor, als daarmee de problemen zijn opgelost dan is er met de motor niets aan de hand. José vond die aanpak wel erg rigoureus en voelde meer voor trial en error methode, dus alle filters er tussenuit en de slang vanuit de tank rechtstreeks op de motor, helaas bij het verlaten van de haven nog dezelfde problemen en daarom snel weer terug de haven in. Jan is daarna gewapend met de 12 volt TL-lamp de leiding gaan controleren en zag nog steeds luchtbellen, de slangaansluiting op de tank hadden we vernieuwd maar het was duidelijk dat de luchtbelletjes uit de tank kwamen. Dan misschien de aansluitnippel, deze losgedraaid en kon ook de toevoerbuis vanuit de tank gecontroleerd worden, en deze was los getrild waardoor er niet alleen diesel aan de onderkant werd aangezogen maar ook lucht bij het aansluitpunt boven. Daarmee was meteen verklaard waarom we een paar dagen eerder 3 uur zonder problemen konden varen omdat we daarvoor de tank nokvol hadden gegooid en de aansluiting dan ook onder het dieselniveau staat. Wellicht een lang en technisch verhaal maar de vreugde over de ontdekking van de oorzaak wordt hiermee weergegeven en leidt dan ook tot grote creativiteit in het vinden van een oplossing. We hebben een stevig en toch buigzaam kunststoffen buisje bij ons en die past in het gat van de retour-diesel leiding, de slang van de retourdiesel wordt aangesloten op de aanvoeraansluiting en we zijn verzekerd van een ongestoorde toevoer van diesel. Het eerste uur varen daarna is nog erg spannend omdat elke verandering in het motorgeluid doet vermoeden dat het toch niet goed is, maar de wijzer van de toerenteller blijft steevast op dezelfde plek en kunnen we langzamerhand weer gaan genieten van de omgeving en het feit dat het ons uiteindelijk gelukt is. 
De rest van de onze reis gaat rechtstreeks naar Nijmegen en maken we zoveel mogelijk kilometers per dag, de Rijn is tot Bonn een mooie en aantrekkelijke rivier daarna wordt het vlakker en saaier, een gunstige uitzondering is de stad Keulen maar Duisburg en wat daarna komt spreekt ons niet aan. Opmerkelijk is dat de haventjes die we nog aandoen in Mondorf en Wesel minsten 3 verenigingen in havenkom hebben allen met een eigen clubhuis en toegangshek, economisch lijkt dat niet echt gunstig. De tocht naar de haven van Wesel, was erg lang, in de jachthaven van Duisburg hebben we diesel getankt en wilden nog 20 km verder varen, het werden er echter 40 omdat er niet eerder een haven in zicht was en maakten we die dag 157 km. We houden behoorlijk mooi weer, af en toe dreigt er wel een bui maar de zon wind, het varen op dit deel van de Rijn geeft ook nauwelijks problemen, de laatste dag van Wesel naar Nijmegen worden we in de 4 uur en over 60 km. 4 x opgelopen door een vrachtvaarder en dat op maandagmorgen. Bij de sluis in Weurt konden nog net aansluiten bij de laatste invarende pleziervaart, evenzo was dit het geval bij Grave, waardoor we met weinig oponthoud op maandag 5 juli om 16.30 uur, na bijna 14 weken, afmeerden in onze thuishaven.